19de-eeuwse hoeve met vrijstaande bestanddelen in L-vormige opstelling rondom onverhard, deels met gras begroeid erf. Gekasseide erfoprit afgesloten door smeedijzeren hek tussen twee roodbakstenen pijlers onder blauwe hardstenen deksteen en gemarkeerd door wit geschilderde betonpaaltjes.

Gebouwd in 1879 in opdracht van landbouwer Lodewijk De Busschere-Schramme, gemeenteraadslid in 1869 en schepen in 1894. Oorspronkelijk een U-vormige opstelling met een stal parallel aan de schuur. Naar verluidt zijn de putten waar de klei voor de bouw werd gedolven aan de overkant nog zichtbaar en nu in gebruik als veedrinkpoel. Tijdens de Eerste Wereldoorlog worden de bedrijfsgebouwen gebruikt als verblijfplaats voor Russische krijgsgevangenen.

Ten zuiden van het erf, boerenwoning. Roodbakstenen dubbelhuis van vijf traveeën en twee bouwlagen onder schilddak (blauwe, geglazuurde, mechanische pannen), wit geschilderde houten kroonlijst op klossen boven wit bepleisterde band. Licht getoogde muuropeningen, bewaarde ramen met T-indeling, op begane grond beluikt en paneeldeur. Aanpalend en parallel aan boerenwoning, nutsgebouw. Moeilijk te zien van op straat.

Ten oosten van het erf, driedubbele dwarsschuur met geïncorporeerd wagenhuis. Verankerde, rode baksteenbouw onder zadeldak (golfplaten). Groen geschilderde poorten in staalplaat, verticale verluchtingsspleten. Wagenhuisgedeelte bovenaan afgesloten door beplanking.