Groep van vier villa's, kadastraal geregistreerd in 1912.

Nummers 108 en 118, gebouwd in elkaars spiegelbeeld en gelegen aan weerszijden op de hoek van een doodlopend straatdeel naar de achterin gelegen nummers 112 en 114. Ze worden gekenmerkt door witgeschilderde bakstenen volumes met afgeschuinde hoeken als inkomtravee met verhoogde puntgevel. Op de bel-etage deurvenster voorafgegaan door een balkon, oorspronkelijk met art-nouveaugetinte balustrade (enkel bewaard in nummer 118). Aflijnende houten kroonlijst op modillons.

De achterin gelegen nummers 112 en 114 werden oorspronkelijk gebouwd in elkaars spiegelbeeld, ondertussen hebben ze aanpassingen ondergaan. Aanvankelijk twee breedhuizen op L-vormige plattegrond van drie traveeën en twee bouwlagen onder een overkragend gecombineerd zadeldak. Combinatie van punt- en lijstgevel opgetrokken uit rode baksteen met decoratief gebruik van witte baksteen. De bel-etage met wordt gemarkeerd door een overluifeld rechthoekig deurvenster met balkon. De andere muuropeningen zijn steekboogvormig. Nummer 114 heeft nog een originele oculus in de puntgevel, bij nummer 112 is die vervangen door een rechthoekig venster. Opmerkelijk zijn twee smalle vensters, opgevat als één geheel, maar toch door twee verschillende geaccentueerde ontlastingsbogen worden bekroond. Een houten kroonlijst boordt de gevel af.