Eclectisch enkelhuis van drie traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (leien; twee kleine dakkapellen), gebouwd in 1896 naar ontwerp van architect E. Tirou (Brussel). Lijstgevel met parement van witte geglazuurde baksteen in combinatie met arduin voor de bossage van de sokkel, de muurbanden, kordons, vensteromlijstingen en steigergaten. Bredere risalietvormende linker travee onder schilddak met als aedicula uitgewerkte dakkapel. Gelede gevel op souterrain met bossage, gekorniste kordons die de borstweringen aflijnen, en hoofdgestel met tandlijst en versneden kroonlijst. Vormgeving en ornamentatie ontleend aan de vroegere stijl-architectuur en ingepast in de laat 19de-eeuwse typologie. Representatief hiervoor is de opbouw van het linker risaliet met stenen erker opgevangen door grote, gecanneleerde consoles en bekroond met een balkon met smeedijzeren leuning; neorenaissance accenten in de cartouches van de borstwering en in de dakkapel; eerder neoclassicistisch getint balkonvenster geflankeerd door zuilen onder vermeld hoofdgestel. Rechthoekige deur onder zware, geprofileerde kroonlijst op langgerekte consoles; bovenlicht met glas-in-lood.